Vrijdag
07 nov 2003
Vanmorgen
vroeg op, want we worden om 08:20uur in Walvisbaai aan de Yachthouse
verwacht voor de Dolphin cruise. Er liggen 3 bootjes te wachten en we
monsteren aan op de boot met de naam Frik. Onze skipper is een jonge gast
die erg leuk wil doen. Veel van zijn uitleg is dubbelzinnig. Al meteen bij
het uitvaren komt de huisrob van het bedrijf, Scottie aan de trap om vis
bedelen. Even later laat hij zich in de boot glijden en ligt op onze
zitplaatsen. De skipper vertelt in zijn 3 maanden oude Duits, over de
robben en hun gedrag. Ze maken ze tam voor de toeristen, waardoor ze de
bootjes opzoeken en kunstjes uithalen. Op commando slaat hij zijn vinnen
voor de ogen en springt hoog uit het water. Dan komt hij weer de boot in
en voor de foto’s komt hij dan over een vrijwilliger heen om zijn visje
te pakken. Truus is de 1e vrijwilliger die voor de foto met
Scottie op schoot poseert.
De
haven van Walvisbaai ligt beschut aan een lagune. Deze 30km lange landtong
ligt 5 tot 10 km uit de kust. Op deze landtong, natuurlijk van effen geel
zand, huist een grote kolonie flamingo’s. Deze grootste soort kan tot
1.7m groot worden en is licht roze van kleur. Als ze opvliegen zijn de
vleugels heel mooi zwart en oranje gekleurd. Jammer dat ze erg schuw zijn
en op flinke afstand blijven. De pelikanen zijn minder schuw en hiervan
heeft men ook enkele exemplaren tam gemaakt, zodat ze vanaf een flinke
afstand op het gefluit van de skipper aan komen vliegen en de vis vliegend
in ontvangst nemen.
Op
de punt van de lagune is ook een robbenkolonie. Ook hier meurt het
verschrikkelijk en de vele dieren zitten hutje mutje op elkaar. De grote
mannetjes, die nu volgevreten de vrouwtjes 2 maanden komen bezoeken om het
aantal op peil te houden, steken boven hun harem uit. Deze wegen nu tot
300kg en vreten 2 maanden erg weinig maar paren des te meer. Ze vallen dan
ruim 100kg af. Zo zie je maar, dat je van sex ook kunt afvallen.
Dan
varen we richting kust om de kunstmatige vogeleilanden te bekijken. Deze
zitten stampvol broedvogels, hoofdzakelijk aalscholvers. Ze produceren een
enorme berg stront, die door de hoge temperatuur wordt omgezet in
guave-fosfor. Hitler gebruikte dit van deze plaats voor het maken van zijn
fosforbommen. Een spreuk:
"Adolf Hitler machte von Gold Scheisse, Adolf Winter (de
eigenaar in Namibië) machte von Scheisse Gold ".
Onderweg
komen we ook langs enkele kunstmatige eilanden met oesterteelt. Ze groeien
hier 3x zo hard als in Chili, waar het broed vandaan komt. Een heel
legertje zwarten staat met EEN blanke te oogsten.
Voor
de kust van Walvisbaai liggen een 10tal roestbakken van Russische
vissersschepen. Deze failliete vissersboten, wachten op een permit van
Namibië om te mogen vissen in de wateren voor de kust. Ze moeten hier
flink voor betalen, 80% Namibiars in dienst nemen en de vangst in
Walvisbaai verhandelen. Enkele van deze schepen zijn failliet en kunnen
zelfs geen brandstof kopen om naar Rusland te varen. De bemanning zit al
10 maanden gevangen op de boot. Een hopeloze schrijnende situatie.
Opeens
komt er een groot mannetjes rob op de boot geschoven. Iedereen schrikt
zich een hoedje. De skipper legt met het dier op de boot de leefwijze van
de robben uit, al varend en voerend gaan we richting haven. Hier wordt het
mormel geloosd en varen we terug om te lunchen met oesters. De skipper
maakt 20 oesters klaar en men kan zich tegoed doen aan de schaaldieren.
Echt lekker vindt ik ze niet, zilte snot. Maar het moet goed voor de sex
zijn, dus eet ik er 4 op. Hierbij krijgen we champagne, hapjes vis, krab,
broodjes en toastjes.
Trouwens
de skipper is een Namibiar met Hollandse voorouders. De schepen zijn
genoemd naar de ouders van zijn vader: Harry, Koos, Chum en Frik. Een
mooie tochtje, wat een erg fris begin had en tegen de middag met veel zon
lekker was.
Onderweg
naar Swakopmund wordt er ter hoogte van het vogeleiland nog even een
monster strandzand genomen (waar een klein zeehondje ligt te sterven) en
terug in de stad moet er voor de thuisblijvers wat gekocht worden. Een
duur dagje dus.
Vanavond
lekker gegeten bij het Brauhaus in het centrum van Swakopmund. Een soort
engelse pub. In het midden een lange tafel en langs de kant de kleinere
tafels. Gezellig en vol.
Gereden:
123 km
Zaterdag
08 nov 2003
Vanmorgen
om 7:30 uur ontbijt. We vertrekken naar het centrum om even nog
boodschappen te doen en nogmaals naar de zonnebril van Jet te vragen bij
het Internet café. Jet heeft deze gisteren bij het internetcafé
waarschijnlijk op de wc laten liggen. Toen heeft ze ook al nagevraagd maar
ook toen en net als nu, heeft men niets gevonden. Jammer. Truus en Jet
gaan even foerageren en Ik ga pinnen. Bij de 1e bank wordt mijn
pasje niet geaccepteerd en bij de 2e bank krijg ik maar 390 N$
ipv. de 1000 volgens het recuutje. Ik meteen naar binnen en er komen 2
medewerkers die me verzekeren dat er slechts 390 van mijn rekening is
afgeschreven. De betaalautomaat corrigeert zelf. Nogmaals wordt er
overlegd en naar de automaat gekeken en ze verzekeren dit opnieuw. Evt.
kan ik thuis via mijn bank naar de FNB in Namibië laten bellen.
Hierna
kunnen we afreizen naar Solitair.
Even
buiten Swakopmund nemen we de afslag naar het maanlandschap en het
welwitschia park. Er zijn enkele mooie uitzichtpunten en de
welwitschia’s zijn ook wel mooi. Enkele van deze bijzondere planten zijn
1500 jaar oud. Ze hebben genoeg aan de dauw van de mist die hier elke
nacht en morgen is. De plant heeft slechts 2 bladeren, die door de oryx en
struisvogels in flarden wordt getrokken. Daardoor lijkt het alsof de plant
meer bladeren heeft. In het Afrikaans heet de plant: tweeblaarkanniedood.
Terug
op de mainstreet, het is gewoon een bredere gravelweg en even slecht,
rijden we door het Naukluft NP. Hiervoor hadden we een kaartje moeten
kopen, maar er is geen kassa en ook geen controle, dus hebben we deze
attractie voor noppes.
Onderweg
zien we vele struisvogels, die angstig zich uit de lange benen maken. Ze
maken best snelheid op hun hoge stelten. Vaak zie je er een stuk of 5 bij
elkaar. Af en toe een oryx en wat meer springbokken, die om deze tijd weer
keurig onder een boom staan. Bij een drinkplaats, op enige afstand van de
weg, zien we wel 30 struisvogels naast elkaar staan.
Dan komen we bij de Kuiseb pas. Deze pas is mooi maar ontzettend
winderig en heet. Toch eten we hier onder een kameeldoornboom ons gekocht
brood met kaas. NB: De boter en de kaas lopen door de hitte van het brood.
Hierna
gaat de pas over in de Gaub pas. Op de pashoogte is een inzinking met een
parkeerplaats. Hier rent juist een aap, ter grootte van een bouvierhond,
met een gebietste draagtas de rotsen op.
Dan
komt Solitair in zicht. De vlek heeft een tankstation, lodge-je en wat
andere gebouwtjes. Met ons komt een bus toeristen een stop maken. Het
winkeltje puilt uit van de mensen en in het restaurant zitten ook enkele
mensen. Solitair is bekend van een boek van Ton van der Lee, die hier van
1995 tot 1997 verbleef. We herkennen veel van wat hij beschreven heeft en
Moose een van de mensen uit het boek werkt nog steeds in de winkel.
Hij bakt Moose bread en Moose applecake.
Ons
onderkomen, wordt in het boek beschreven als het Groote Huis aan die Berg.
6 km van Solitair af en het heet nu Guest House Solitair. De gastheer heet
ons in het Duits welkom, maar schakelt snel over in het Afrikaans. Hij
vertelt ook over het boek en de vorige eigenaren. Truus die het boek nog
maar ½ uit had, krijgt meteen zijn exemplaar in de handen geduwd om
verder te lezen.
Het
guesthouse heeft 6 kamers en een klein pierebad. Eenvoudig ingericht maar
met mooie Afrikaanse voorwerpen. Van 17 tot 22uur is er stroom, daarna
wordt de generator uitgezet en kunnen we met kaarsen onze weg vinden. Bij
elk bed en op de WC staat dan ook een kaars. Er zijn nog 2 Hollanders, die
een reis van Kaapstad naar Victoria Falls maken. We wisselen dan ook onze
ervaringen uit. Ook zijn er 6 jonge fransen en 2 oudere zussen eveneens
Franstalig.
We
hebben heel stemmig bij kaarslicht gegeten. Flensje spinazie, bonen wortel
mix, oryx schotel, salade, pompoen en een cake toe. Koffie toe en dan
vroeg te bed. Morgen willen we om 04:15uur opstaan om naar Sossusvlei te
rijden. We krijgen een ontbijtpakket mee om onderweg op te eten. Om ½5
zal de gastheer koffie, thee en melk met muesli serveren.
Gereden:
333 km |